Zinvolle participatie

is mensen veel waard

BLOG

In dit weblog schrijft Mieke van Dommelen over participatie kansen, mogelijkheden en resultaten die ze zoal tegenkomt. Via twitter en linked-in maakt zij nieuwe berichten bekend.

Bekijk het profiel van Mieke van Dommelen op LinkedIn       Volg MiekevDommelen op Twitter

Vanaf heden post Mieke van Dommelen ook blogs op De Participatieformule en Werken naar vermogen in de ict.

____________________________________________________________________

15 augustus 2011

 

De sleutel “leiderschap”

Gisterenavond had ik een gezellige bijpraat afspraak met een goede vriendin in een fijn restaurant. We spraken over waar we zoal mee bezig zijn en dus ook over werk. Loes had een nieuwe baas. Deze nieuwe leidinggevende van haar bleek een groot effect op haar te hebben. Loes is dol op haar werk, en baan als projectmanager. Ze heeft veel zelfstandigheid en heeft na een flinke saneringsronde het geluk gehad dat zij mocht blijven. Langzaam is het bedrijf weer op de rails gekomen en de nieuwe manager moet nu de laatste puntjes van het bedrijf in afgeslankte vorm op de rails zetten.

Is het niet de gemeenschappelijke  wens van iedere medewerker dat “leidinggevenden, managers en directeuren” het beste uit hun medewerkers hale? De nieuwe manager heeft een groot effect op het functioneren van Loes. Deze nieuwe baas kost Loes echter energie in plaats van dat deze energie oplevert. Dat is Loes niet gewensd. Bovendien heeft ze daar zoveel last van dat ze twijfelt of ze er zo wel wil blijven werken. Je kunt zeggen dat deze match van leider en medewerker niet “perfect” is.

Wanneer is er dan wel sprake van een "perfect match?" Kan een leider wel uit iedereen het beste halen? Een aanname die we met De Participatieformule toetsen in het project Werken naar vermogen in de ICT is dat leiderschap bepalend is voor het resultaat waarin het werken naar vermogen vorm krijgt bij de individuele medeweker. Leiderschap, aansturing en ontwikkeling gaan daarbij hand in hand. Wat dat betreft zijn mensen die op grond van hun eigenschappen werken vanuit de wet Wajong precies het zelfde als wij allemaal. Of zoals D. Eisenhouwer al zei:

'Leiderschap is de kunst om van iemand gedaan te krijgen wat jij wilt, omdat hij het zelf wil.'

_________________________________________________________________________ 

31 mei 2011

 

Geen subsidie maar omzet!

Als sociaal ondernemer probeert je het goede van uiteenlopende werelden te verbinden. Als fan van het eerste uur van het sociaal ondernemen zie ik betrokken ondernemers met briljante ideeën, visie en vol vertrouwen. Met al hun power weten ze hun businessplannen vorm te geven in maatschappelijke bedrijven waarin het generen van omzet hand in hand gaat met het vol overtuiging uitvoeren van maatschappelijke taken.

Dat ondernemerschap onderscheidt de sociale onderneming van de sociale voorziening. Als sociale ondernemer ben je in staat het leiderschap à la minuut aan te passen aan de “special needs” van de werknemer. Je staat dichtbij de mensen en handelt vanuit autonomie. Dit alles om het productieproces in economische zin succesvol te laten verlopen. Want geen omzet betekent geen business.

Mooi denk ik, een goede sociale onderneming biedt een win-win-win situatie. Voor klant, overheid en bedrijf. Waarom worstelt dan vrijwel iedere sociale ondernemer met het bedrijfsmatig vormgeven van de zaak? Waarom signaleer ik dan overal vergelijkbare problemen. Problemen omdat huidige wet en regelgeving contraproductief is ten opzichte van het ondernemerschap.

In de tijdsgeest waarin de verzorgingsstaat van de helling glijdt bieden sociale ondernemers de oplossingen. Oplossingen voor de vele vraagstukken van de politiek en BV Nederland. Oplossingen waar de politiek of de reguliere uitvoerende organen de creativiteit niet voor hebben. Vanzelfsprekend, want zij zijn immers geen ondernemer. Dus bij deze een oproep: organiseer niet langer in doelgroepen, re-integratietrajecten en problemen. Richt een sociaal ondernemers keurmerk op wat garant staat voor de resultaten die je wilt behalen: mensen die werken tegen loonwaarde in combinatie met hun een functionele beperking. En bij het hebben van dat keurmerk ontvangt de sociale onderneming een belastingvoordeel, gemakkelijk te betalen uit het grote voordeel wat het schrappen van alle “oude”  maatregelen oplevert.

_________________________________________________________________________

7 maart 2011

VIS, oftewel kunst met een verhaal

Mijn werkend leven als verpleegkundige startte "op de methadonbus." Zoals ik later weleens vertelde in bijvoorbeeld sollicitatiegesprekken, heb ik daar leren managen. Het was daar waar ik als jonge werkstudent leerde om te gaan met de 300 eigenzinnigste mensen uit Utrecht. We deden dat met een heerlijk team. Een team waar ik nog altijd met een lach aan terugdenk.

Wat daar ook gebeurde was het leggen van de basis waar ik voor sta. Iedereen verdient een plekje in de maatschappij. Toentertijd was methadonbehandeling niet geaccepteerd. Huisartsen weigerden het recept uit te schrijven. Een afspiegeling van de maatschappij was genoodzaakt de methadonbus te bezoeken, van overlevende dakloze tot advocaat of succesvol ondernemer. Allemaal omdat zij met die behandeling wel konden deelnemen aan de maatschappij.

Zo ontmoette ik ook Giel. Giel was rustig en kwam trouw. Oftewel, hij had de behandeling nodig. Veel persoonlijke zaken bespraken we niet. Grappen maakten we op z’n tijd. Giel was okay en zo was het.

2010, Pegasus adviesbureau voor participatievraagstukken gaat van start. In Aart, een oud collega uit de verslavingszorg en net zo eigenzinnig als alle cliënten aldaar,  trof ik een collega die eerder de stap zette om voor zichzelf te beginnen. Onze rollen verschoven, voorheen was hij met Atelier Totem klant van mij, nu werd ik dat van hem. Het werd november. Atelier Totem had drie dagen lang een prachtige tentoonstelling in Zeist. De opening was een groot succes. Op de expositie waren alle “Totem-ers” met de door hen gemaakte kunst aanwezig. Vele verhalen over de prachtige werken waren te horen. En in de hoek stond een vis van groene serpentinesteen op een sokkel. Een vis die mijn bewondering kreeg en een bijzondere aantrekkingskracht op mij uitoefende. Een vis die prachtig in onze tuin zou passen. Een vis die ik graag zou willen kopen.

Waar is de kunstenaar die bij deze vis hoort, vroeg ik mij af. En daar was Giel, als uit het niets. Giel vertegenwoordigde prachtige schilderijen, een haas en twee vissen. Allemaal even mooi. “Is de vis te koop?”“Ja”, zei Giel  “dat kan...”

Vanaf vandaag staat VIS - want zo heet het werk- in mijn tuin. Prachtig op een sokkel met naamplaatje van de kunstenaar + naam van het atelier. Onthuld met alle glorie. En ik ben zo trots. Trots op mooie VIS, maar vooral trots omdat ik de kunstenaar ken.

 

___________________________________________________________________________________

9 februari 2011

Persoonlijke promotie

De werkeloosheid onder 55+-ers is het hoogst van alle groepen in Nederland. Uit onderzoek van het UWVWerkbedrijf bleek eind vorig jaar dat slechts 2 procent van de vacatures in 2010 werd vervuld door 55-plussers, terwijl 22 procent van de werkzoekenden uit deze leeftijdscategorie komt.

Twee jaar geleden heeft deze gedachte enkele seniore heren en mijzelf op de gedachte gebracht Stichting 3e Weg op te richten. Waarom de 3e Weg?  Eenvoudig: er zijn twee manieren die het UWV je vertelt om aan werk te komen als je als senior je baan kwijt raakt en  je je bij het WW loket  meldt.  De eerste manier is “ga weer in loondienst aan het werk” en als dat niet snel lukt volgt de tweede optie “wordt ZZP-er, begin je eigen bedrijf.”

Onderzoek van Jobtrack heeft uitgewezen dat  55+-ers te maken hebben met leeftijdsdiscriminiatie in hun zoektocht naar een nieuw dienstverband. Afgezien van de aannames dat iemand niet meer meekan, wordt de verleiding om de keuze op hen te laten vallen niet bevorderd door de doorgaans hoge salariseisen van de senior. De optie van het UWV opnieuw in loondienst te gaan, is hiermee vrijwel uitgesloten.

Het tweede aangedragen alternatief door het UWV lijkt een oplossing maar is het beslist niet. Een 55+-er die altijd in loondienst is geweest wil helemaal niet voor zichzelf beginnen, de senior wil juist zekerheid en was, als dat verlangen naar stabiliteit er niet was, tien jaar eerder al voor zichzelf begonnen.

Met 3e Weg bieden wij een nieuw alternatief. We gaan in gesprek met de senior over daar waar de talenten liggen, het netwerk, de contacten en bovenal wat haar/hem motiveert. “Wat kun jij nu

inzetten om weer aan werk te komen?” Stichting 3e Weg facilliteert de rest: payroling, pensioen, onderhandeling salaris, verzekeringen, projectbegeleiding en last but not least individuele coaching om weer aan de slag te gaan.

Onder het genot van een zaterdagmiddagwijntje met haardvuur vertelde ik een jonge vriendin over deze aanpak. Ik vertelde haar dat de evaluatie van een van onze producten om 55+-ers aan het werk te houden een succes is, het meester-gezelmodel.  Maar hoe dacht zij nou over de kansen en de mogelijkheden om  55+-ers wel in dienst te  houden naar zowel tevredenheid van de werknemer als werkgever. Wat heb jij nou nodig, welke tool? Hoe kan de ambitie van Stichting 3e Weg uitkomen om zichzelf overbodig te maken?

De jonge manager vroeg zich een aantal dingen af: wanneer verlies je in je leven je nieuwsgierigheid? Wat is nu leuk aan het werken met ouderen? Is werken met verschillende generaties wel doeltreffend? Floreren juist jonge organisaties en waarom? Hoe kun je als senior een stap terugdoen zonder gezichtsverlies? Hoe eerlijk moet je  zijn als werkgever? Zijn er uitzonderingen te verzinnen?

We vinden dat iedereen tot minimaal zijn 67ste moet werken. Laten we snel op zoek gaan naar nieuwe manieren om de 55+-er met plezier aan het werk te houden. Koffiedrinken met een 24 jarig managementtalent kan hiervoor verrassende inzichten geven. Wij kwamen met het idee van het introduceren van de “persoonlijke promotie”. En de persoonlijke promotie is dan de tool om op maat werkafspraken te maken in belang van medewerker en werkgever waarbij geven en nemen weer in balans zijn. En dat kan een meester traject zijn!

___________________________________________________________________________________

22 december 2010

Divosa ontmoet GGz en nodigt uit!

Vorige week bezocht ik het jaarlijkse rehabilitatiecongres. Dit jaar draaide het om het realiseren van werk voor mensen met een psychiatrische kwetsbaarheid.  Alle GGz rehabilitatatiekopstukken waren aanwezig. De ambitie om mensen met een psychiatrische beperking tegen loonwaarde te laten werken werd breed gedeeld.

http://www.kbsdevlieger.nl/Portals/706/images/Vlieger%202/koffie.jpg

Vergeleken met de eerste keer dat ik dit congres zo’n vijf jaar geleden bijwoonde, was dit een majeure verandering. Helemaal blij werd ik toen René Paas (Divosa) de zaal toesprak. Hij was verheugd met de uitnodiging om juist hier te mogen spreken. Hij hield een vlammend betoog over het belang van samenwerking tussen gemeenten en GGz uit als je re-integratie naar burgerschap en baan mogelijk wilt maken. In zijn eigen woorden: “we moeten stoppen met het afspreken om elkaar met rust te laten, nee we moeten samen aan de slag.” En hij besloot met de uitnodiging aan GGz organisaties om met de gemeenten in gesprek te gaan, “kom eens koffiedrinken!”

Hoe fijn is zo’n uitnodiging. Hoe fijn is ook de kans die zorgorganisaties krijgen met alle stelselwijzigingen om participatie voor sociaal kwetsbare personen dichterbij te brengen en dit samen met de lokale overheid mogelijk te maken. De invoering per 1 januari 2012 van één gemeenschappelijke regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt in combinatie met de regierol voor de gemeente helpt daarbij enorm.

Juist daarom is het cruciaal dat deze regering nu doorzet. En niet de voorgenomen overhevelingen van AWBZ naar WMO uitstelt zoals nu met de invoering van de DBC’s gebeurt. Juist deze overheveling noodzaakt de GGz om met gemeenten in gesprek te gaan. Juist deze overheveling stimuleert de hoognodige verandering van buiten naar binnen. Gebruik de stelselwijzigingen om het urgentiebesef in de organisatie te laten doordringen. Dat is wat de GGz nodig heeft.

En de GGz? Die heeft zo alle kaarten in handen om daadwerkelijk met gemeenten in gesprek te gaan om samen nieuwe oplossingen te vinden om participatie van personen met een psychiatrische kwetsbaarheid te realiseren. Is dat geen hele mooie kerstgedachte?

 

Pegasus adviesbureau voor participatievraagstukken wens u hele fijne feestdagen

&

een actief en participerend 2011

_________________________________________________________________________

5 december 2010

Wajonger waar ben je?waar zijn de wajongers

1 december kopte De Volkskrant op pagina 9 “De wiskunde achter de Wajong.” Om vervolgens te melden dat er inmiddels meer dan 200.000 jongeren een Wajong-uitkering ontvangen; het gros van die jongeren heeft de diagnose “psychische klachten”.

Wanneer gaat de wal het schip keren? Het lijkt wel een olietanker die niet is bij te sturen. Vele goede werkinitiatieven zijn inmiddels genomen om jongeren met een Wajong aan het werk te krijgen. Het bizarre is dat ik regelmatig werkgevers spreek die zich afvragen waar de personen met een Wajong nu zijn. Ze zijn voor hen onvindbaar….

Werkgevers willen zeker, mits je snel en dichtbij bent als er iets gebeurt. En als je de werkgever ondersteunt in het woud van regelgeving. De jongere wil - ik ben er nog nooit een tegen gekomen die niet wil. Ouders willen. Wat gaat er dan mis?

Recent bemiddelde Pegasus advies in de Meester-gezel-aanpak in de Vallei-regio tussen enkele werkgevers en kandidaten. En met succes! Want is het niet zo dat mensen met een Wajong-uitkering een grote motivatie hebben om te werken? En is het niet zo dat zij een heel laag ziekteverzuim laten zien?

Afgelopen week organiseerden de projectleider wijkaanpak in Veenendaal en ik een werkconferentie met de vraag: hoe krijgen we beschikbare leerwerkbaan en jongeren bij elkaar? Uniek was dat het ons lukte om vertegenwoordigers van verschillende sectoren rond de tafel te krijgen. Zo zochten we naar oplossingen om jongeren zonder startkwalificatie aan het werk te krijgen. Rond de tafel zaten vertegenwoordigers van sociale zaken en UWV, een opbouwwerker, betrokken vrijwilligers uit de wijk, een ervaringsdeskundige jongere, re-integratiecoach, werkgevers en ik als programmamanager van de Meester-gezelbenadering. Met z’n allen hebben we geconstateerd dat iedereen heel hard werkt aan zijn eigen stukje.  En daarbij concludeerden we: vaak is er wat extra’s nodig, en is het effectiever als je net buiten je eigen stukje opereert.

Helaas ontbrak in de lijst van aanwezigen “het onderwijs”. En nu staat wederom in De Volkskrant benoemd dat de prikkels die in het onderwijs aanwezig zijn, de Wajong-toegang stimuleren. Scholen worden namelijk afgerekend op het aantal behaalde diploma’s. En de bewuste  jongeren hebben problemen waardoor ze geen “modelscholier” zijn. Zo begint al heel vroeg het traject naar de marge van de samenleving. En kom dan maar weer eens tevoorschijn.

___________________________________________________________________________________

11 november 2010

Alaaf!

Deze week vernam ik dat Carnavalsvereniging de Pothuusburg in Grave met Prins Tita XXXIII sinds zaterdag jl. de allereerste prins Carnaval in Nederland heeft die blind is.

Een brede lach glijdt er over mijn gezicht, vele carnavalsmomenten heb ik doorgebracht in het feestgedruis van Pothuusburg. Het is minstens 20 jaar geleden dat ik daar was, maar misschien moet ik dan dit jaar mij er toch maar weer eens aan wagen en kijken of ik een onderscheiding van deze unieke prins in de wacht kan slepen.

Prins Tita XXXIIIIk ben erg benieuwd naar Prins Tita d’n XXXIII en naar zijn Raad van 11. Hoe zouden zij eruit zien (de Prins weet dat niet), zullen zij zorgen dat hij niet droog komt te staan? Zullen zij zijn geleidestok in de hoek plaatsen en zijn hond uitlaten? Want vier dagen lang is hij te druk om dat allemaal zelf te doen. Gaat hij de luxe van een Raad van 11 gebruiken of blijft hij zo zelfredzaam als hij altijd is? Ongetwijfeld heeft de Prins een paar mooie dansmariekes om zich heen verzameld die met hem er een knallend Carnaval van zullen maken. Verschijnt dit jaar de Carnavalskrant in braille? Zou dit een trend kunnen worden?

Ik klik door en kijk de film:

http://www.gelderlander.nl/voorpagina/maasland/7580775/Primeur-Grave-krijgt-blinde-Ralf-als-prins.ece

Prins Tita beantwoordt zelf mijn vragen. Hij kan prima in de polonaise, als hij maar niet voorop loopt. Hij ziet heel veel, maar kijkt met zijn handen en oren. En last but not least zes dagen lang denkt hij niet aan het blind zijn. En de wereld op zijn kop, dat is toch juist de bedoeling van Carnaval…..

Naar aanleiding van mijn afscheid van Altrecht Talent enige tijd geleden, vroegen mensen mij: we zijn zo nieuwsgierig naar wat jou het werken bij Altrecht Talent heeft opgeleverd. Ik heb daarop maar 1 antwoord: het Talent-gevoel. Een gebeurtenis als dit appelleert mij direct aan het Talentgevoel. Die naam geeft ik altijd aan de bijzondere momenten als ik mensen met een beperking of handicap dingen zie doen waarmee ze uit hun schaduw stappen.  Cruciaal daarbij is voor mij: benut dat wat je wel kan en geef niet op!  

__________________________________________________________________________________

29 september 2010

Talentmoment, de dagbesteding voorbij

“In ons land moet iedereen op gelijke basis kunnen meedoen aan het maatschappelijk verkeer. Ook mensen met een handicap of chronische ziekte.”  

Zo begint de digitale nieuwsbrief van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid die wekelijks in mijn postbus belandt. Vanmiddag heeft u kunnen zien hoe Altrecht Talent dit oppakt.

Vandaag was er een moment voor het Talent. Het Talent van mensen met een psychiatrische achtergrond, mensen met Talenten maar ook mensen in een achterstandspositie. Altrecht Talent zoekt met iedere persoon naar zijn of haar Talenten om die uit te bouwen zodat participatie in welke vorm dan ook gerealiseerd kan worden.

Maar Altrecht Talent doet nog iets anders: door dit te doen geeft het vertrouwen aan de persoon in kwestie, triggert het empowerment en zoals ik ook vaak zeg: Altrecht Talent geeft nooit op.

In een sneltreinvaart ontving u een doorkijk in de ontwikkelingen op het gebied van burger en arbeidsparticipatie. Iedere persoon die hier vanmiddag stond heeft zijn verhaal en zijn gevecht. Maar wat ook een feit is, is dat deze mensen de “dagbesteding” al ver  voorbij zijn. Altrecht Talent ziet dat en verschoof daarom de corebusiness naar activering en re-integratie.

Waarom al die aandacht voor participatie?

Al is het maar omdat de arbeidsmarkt participatie vele percentpunten omhoog moet, aldus de ambitie van Nederland. Zoals u ziet ligt de sleutel voor het oprapen, durf het, net als Specialisterren, aan. Kijk in je bedrijfsvoering waar aanpassingen mogelijk zijn om personen met bijzondere talenten te laten werken. U als werkgever weet het: mensen met een WAO of Wajong hebben een zeer laag verzuim!

Al is het maar omdat cliëntsturing de verantwoordelijkheid teruggeeft daar waar deze al lang was verloren. Eigen verantwoordelijkheid voelen en ervaren is de stimulans om te participeren (De Stadsbrug).

Of, last but not least: activering en & re-integratie verminderen de zorgkosten. Op het moment dat iemand participeert, zal deze persoon minder zorg vragen en minder maatschappelijke overlast veroorzaaken.


Dank u voor uw aanwezigheid bij dit Talentmoment. Het was een genoegen om de afgelopen vierenhalfjaar met u te mogen samenwerken. René Leermakers zet deze voort, u hoort van Altrecht Talent!

_________________________________________________________________________

20 september 2010

Zorg, denk voor oplossingen buiten je eigen grenzen!

De Volkskrant kopte gisteren op de voorpagina: “Dementie steeds groter probleem.” En verderop in het katern: “Alzheimer wordt duurste ziekte van Nederland.”

Onderzoekers hebben berekend dat de zorgkosten voor dementie de komende jaren exponentieel stijgen. Nu wordt veel zorg nog geboden door mantelzorgers. Echter deze zijn veelal overbelast, aldus Gea Broekman van Alzheimer Nederland. Dus pleit zij voor een betere ondersteuning van de mantelzorgers opdat de zorgkosten niet te veel zullen stijgen.

Met dit alles staat de enorm toenemende ziekte die dementie heet daags voor Prinsjesdag op de politieke agenda. Mooi werk!

Gea Broekman komt met oplossingen om de zorg voor mensen met Alzheimer betaalbaar te houden. Allereerst pleit zij bij werkgevers voor meer begrip voor de werknemers die mantelzorg bieden. Zo vraagt zij bijvoorbeeld om meer thuiswerkmogelijkheden.

Dat kan inderdaad in bepaalde gevallen de oplossing bieden. Maar slechts alleen dan wanneer je een beroep hebt waarbij de werknemer zijn taken flexibel kan uitvoeren. Het is beslist geen oplossing als het uitvoeren van werkzaamheden alleen mogelijk is op locatie van de werkgever simpelweg omdat daar zich het werk bevindt. Ernstiger is nog dat zij met dit denken het probleem van de mantelzorg afwentelt op de werkgever.  Dezelfde werkgever die al een enorme bijdrage levert aan het betalen van de zorgkosten in Nederland.

De tweede oplossing ziet Alzheimer Nederland in het aanstellen van een casemanager. Dit om de mantelzorger te ondersteunen. Dat er een grote sleutel ligt bij de inzet van mantelzorgers om de zorg in Nederland ook in de nabije toekomst financieel rond te breien, steun ik ook helemaal. Met deze oplossing verplaatst zij echter de zorgvraag van de dementerende naar de mantelzorger. Dus vul je het ene gat in de zorg met het andere. En daarbij: is het rechtmatig om de ondersteuning van de mantelzorger de zorg in te trekken?

Het is een gemiste kans dat ook in dit dossier de oplossing weer vanuit de zorg wordt bedacht. Houden we met het bieden dit type oplossingen de zorgvraag niet in stand? Is het bieden van mantelzorg niet onze aller taak? En als je het dan wilt stimuleren als overheid moet je het dan niet “uit de zorg tillen”? De wereld stopt niet bij de zorg. Praat daar eens mee, kijk daar eens naar en sla een brug naar andere sectoren en denkwijzen.  Begin met het uitwerken van Social-Return-On-Investement (SROI is een methodiek die het rendement van maatschappelijke investeringen in economische én sociale zin meetbaar en zichtbaar maakt). In dit voorbeeld: breng de lengte in tijd in kaart dat een persoon uit zorg blijft door het ontvangen van mantelzorg. Maak inzichtelijk welke kosten de mantelzorg bespaart.

De mantelzorger ontvangt daarvoor na rato een belastingaftrek. Dezelfde die je ontvangt als je doneert aan goede doelen. Pas deze vanaf heden toe op het verrichten van mantelzorg. Hierdoor waardeer je als overheid direct de input van mensen die een goed doel steunen in hun nabije omgeving.

___________________________________________________________________________________

18 augustus 2010

Op papier ….

Vandaag viel mij oog op het volgende:

“De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft de publicatie van beleidsregels en regelingen 2011 vervroegd van 15 juli naar 1 juli 2010 zodat zorgaanbieders en zorgkantoren meer tijd hebben om zorgvuldig gezamenlijk tariefverzoeken in te dienen bij de NZa.” 

Zomaar twee weken meer tijd; boeiend het toch altijd weer om de overheid als opdrachtgever te hebben. Vervolgens viel mijn oog op het volgende feit in de  brief van tien pagina’s:

“Overheveling inloopfunctie GGZ naar WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning). Cliënten hebben geen aanspraak op de inloopfunctie GGZ op grond van de AWBZ. Daarom wordt met ingang van 1 januari 2012 deze zorg overgeheveld naar de WMO…..”

En daarmee lijkt het, nee ís het, geregeld…  op papier.

Laat ik vooropstellen dat ik het zeer wenselijk vind dat de functie “Inloopvoorziening” tot de WMO gaat behoren. Het gaat tenslotte over voorzieningen dichtbij huis die basaal zijn om  sociaal kwetsbare personen met een psychiatrische achtergrond personen te laten participeren. Ik wachtte er al jaren op. Dit omdat dit soort voorzieningen volledig passen in de intentie van de WMO. En temeer omdat de gemeentelijke regierol ten aanzien van de opvang van sociaal kwetsbare groepen zo echt vorm kan krijgen. Gemeenten kunnen zo werkelijk afstemming en beleid creëren in te bieden voorzieningen. Hierdoor kunnen zij doelmatiger en efficiënter opdrachten aan maatschappelijke organisaties geven.  

Ik kan mij nog goed herinneren dat de WMO werd ingevoerd. Op 1 januari 2007 was het zover. Ja, bij wet en op papier, maar het duurde nog 12 maanden voordat de eerste WMO-aanbestedingen dan wel -opdrachten verschenen. Gelukkig gaat het inmiddels sneller… althans op papier.

Met die ervaring in het achterhoofd belde ik mijn zeer gewaardeerde ambtenaar van een grote stad in Nederland. Deze heeft de WMO in zijn portefeuille. Hoewel de brief in al juli 2010 is opgesteld is deze gemeente niet op de hoogte van dit heuglijke feit.

Het spreekt voor zich dat implementatie van een dergelijke wijziging meer behelst dan alleen het uitsturen van een brief aan de zorgorganisatie. Als zorgorganisatie kun je echter wel veel invloed uitoefenen op de verloop van het implementatieproces. Als start ga je in gesprek met de gemeente. Dat begint vandaag. Dit met als doel consensus te bereiken met de gemeente over het feit dat een inloopvoorziening voor personen met een psychiatrische achtergrond van toegevoegde waarde is, en dus heel gewenst. Het zal immers niet de eerste keer zijn dat een overheveling vanuit de AWBZ naar WMO tot gevolg heeft dat  andere keuzes worden gemaakt en terloops de bijhorende financiële middelen aan andere onderwerpen worden uitgegeven.

 


9 augustus 2010

Kersenteen

Waarom is dagbesteding voor sociaal kwetsbare groepen, of het nu om ouderen gaat over personen met een psychiatrische achtergrond, vrijwel altijd zo oubollig? Waarom lijkt de heersende norm nog steeds dat mensen als dagbesteding het leuk vinden om de punniken? Waar is de creativiteit en het ondernemerschap dat participatie voor sociaal kwetsbare groepen inspirerend maakt? Tot nu toe blijken de projecten die het wel lukt vaak de krenten uit de pap te zijn…..

Deze week was ik bij een van de werkprojecten Mijn Juweel. Mijn Juweel is een werkproject voor sociaal kwetsbare vrouwen waar zij sieraden vervaardigen. Een sieradenlijn die speciaal door een gerenommeerd ontwerper is samengesteld waarbij in ieder sieraad een tweedehands detail zit verwerkt. Dit laatste symboliseert de visie van de initiatiefnemers van dit project: iedereen verdient een tweede kans. De sieraden worden in de winkel Amie-et-toi verkocht.

Ik raakte aan de praat met Rosalique. Rosalique is een stijlvolle dame van 44 jaar die sinds ruim een jaar weet dat ze de ziekte van Alzheimer heeft. Rosalique was tot voorkort een vrouw van de wereld. Ze had een internationale directiefunctie in de uitzendbranche en werkte ondermeer in Düsseldorf en New York. Door haar ziekte spreekt Rosalique Duits, Engels en Nederlands door elkaar, een afspiegeling van haar rijke woordenschat.

Rosalique sprak mij aan op mijn outfit. We houden beiden van mooie dingen en dat bindt. Vanaf de dag dat ik haar leerde kennen heeft ze een plekje in mijn hart. Ze wees naar mijn schoenen met hoge hak en open teen. Ze kon niet op haar woorden komen en probeerde met een grapje te zeggen wat ze wilde. Ze doet dat altijd met flair, waarmee je meteen ziet hoe ze tot voorkort duidelijk haar plek in de maatschappij had. “Je hebt een Kersenteen,” zei ze en wees lachend naar beneden. Het ontbrak haar op dat moment aan de woorden die nodig waren om te zeggen dat ze het leuk vond dat ik mijn teennagels rood had gelakt en dat ze dat mooi vond.

Via-via belandde Rosalique bij dit unieke werkproject. Rosalique was tot die tijd doodongelukkig bij het traditionele dagbestedingscentrum dat ze bezocht. Dit bood haar niet die daginvulling en uitdaging die ze wilde. Maar er was niets anders, werd haar gezegd. Ze vertelde mij: “je leert er niets nieuws, het is er truttig.” “Bovendien,” zoals ze zegt “beland je daar tussen Jan en alleman.”

Het concept  is heel eenvoudig. Mijn Juweel biedt wat anders. Mijn Juweel haalt de stoffigheid van de dagbesteding af en laat de dames iets doen wat zin heeft, iets wat hen aanspreekt. Het daagt uit en werkt met mooie materialen. Iedereen kan op z’n eigen tempo leren en werken. En het resultaat wordt verkocht in een mooie damesmodezaak. Voor Rosalique is dat alles zo waardevol dat ze drie keer per week, ondanks haar grote beperking, met de regiotaxi 15 km heen en weer reist om er te komen. Kortom, zinvolle participatie is mensen veel waard.

 
   
   

 

 

 

 

 
Tolakkerweg 37 • 3739 JG Hollandsche Rading • M 06-22389750 • info@pegasus-advies.nl